Als het leven wiebelt, bieden woorden een houvast


Als het leven wiebelt, bieden woorden een houvast.

Het leven wiebelt. Soms slingert het zacht heen en weer, zoals een kind op een schommel. Misschien geef je het dan, net als dat kind, vol vertrouwen een extra duwtje, en ga je almaar hoger. Maar het leven kan ook wankelen, een kant op waggelen die je helemaal niet uit wil. Of het kan danig schudden en schokken, zodat je grondvesten daveren.
Op al deze momenten zijn er woorden.
WiebelWoorden zoekt ze samen met je op.
Omdat woorden helpen herinneringen te bewaren en belevenissen te delen. Omdat woorden een houvast bieden. En omdat het bijzonder prettig is woorden aan papier toe te vertrouwen.

Op dit blog vind je vooral woorden terug die binnen in mij wiebelden. Die zich puzzelden tot een anekdote, verhaal of gedicht.
Wiebel tijdens het lezen gerust mee op hun ritme.

zaterdag 8 december 2012

Vijfenveertig (43)

Moe, geft papier…

Nieuwjaarsdag in de jaren zeventig

Terwijl mijn tantes en nonkels, neven en nichten druk praten speel ik met een lintje van een van de zonet opengemaakte cadeautjes, dat nog op de tafel ligt. Ik drink van mijn cola en wacht tot tante L. uit de keuken komt. Eindelijk is het zover.
‘Zullen we?’ vraagt ze.
Ik zet me alvast wat rechter en knik instemmend. Het gebabbel van de anderen valt stil.
Tante L. geeft de toon aan en onze hele familie begint te zingen. Eerst brave liedjes, maar ook het ‘familielied':

‘Moe geft papier, ‘k moet ka-a-a-ken, moe geft papier da’k schoat,
Moe ‘k hem gescheten, moe ‘k hem gedoa-a-a-an,
Geft me nog e papiereke, want er hangt nog wat oa-a-a-an…’
Uit volle borst zing ik mee. Binnenin me tuimelt iets om en om. Wat hebben wij toch een leuke familie!

Nieuwjaarsdag in de jaren tachtig

Terwijl mijn tantes in de keuken de laatste resten van het avondmaal opruimen zorgen ons vader en nonkel W. ervoor dat iedereen wat te drinken krijgt. Ik praat ondertussen bij met nicht H. Als de tantes stilaan weer binnendruppelen krijg ik een ongemakkelijk gevoel. Tante L. is de laatste.
‘Zullen we?’ vraagt ze.
Ik draai met mijn ogen en zak onderuit. De anderen zetten zich rechtop en zingen. Eerst de brave liedjes, dan het ‘familielied’, de hele rimram…
Verveeld nip ik van mijn Looza. Waarom heb ik toch zo’n stomme familie?

Meer over mijn vijfenveertigdagenproject lees je hier.

3 opmerkingen:

  1. Nog 2 te gaan, Veerle...
    'k Zal ze/je missen !
    Lie(f)s.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Zo leuk, terugkijken op je puberjaren :-)

    BeantwoordenVerwijderen
  3. wat 10 jaar doen hé , eerst zong je volle borst mee en nu is het 'alweer van dat'
    Ik heb weinig tijd maar maar ik ga toch mijn best doen om al je 'vijfenveertig' nog te lezen ... je schrijft zo beeldend mooi

    BeantwoordenVerwijderen

Als het niet lukt hier te reageren en je toch graag je zegje wil doen, mag je altijd een woordje achterlaten op www.bloggen.be/sprokkels.

Dank voor je reactie!