-Groter dan een
droom/ Jef Aerts en Marit Törnqvist: een jongetje krijgt voor het eerst
zijn overleden zusje op bezoek. Samen maken ze een fietstocht. Het zusje rijdt
met haar voeten op het stuur en haar handen in de lucht, want haar kan toch
niks meer gebeuren. Aerts vertelt dit
alsof dat de doodgewoonste zaak is. Op deze manier creëert hij een ontroerend
verhaal dat tegelijk luchtig is. Hij gebruikt een poëtische taal die toch dicht
bij het kind staat. De ietwat dromerige illustraties in zachte tinten van Törnqvist tillen de tekst naar een nog
hoger niveau.
Een erg bruikbaar prentenboek om met kinderen over
verlies te praten.
Voor kinderen vanaf 6 jaar.
****
-De zeepridder/
Kristin in-‘t-Ven en Matthias De Leeuw: Ridder Roger is geen gewone ridder.
Hij ziet er graag netjes uit. Hij houdt dan ook van een bad met lekker veel
schuim, maar tegelijk van vechten. Op een moment dat hij zelf aan dat bad toe
is, roept de koning hem echter op om een draak te verslaan. Een origineel
verhaal met soms een vleugje humor, grappige woordspelingen en een verrassend
slot. Alleen de vele rijm is storend. De
Leeuw zorgde voor fijne ingekleurde lijntekeningen, die ondanks de weinige
details subtiel, sfeervol en expressief zijn.
Voor beginnende lezers vanaf 6 jaar. (AVI M4)
***
-Het ding en ik/ Shaun
Tan: een reusachtige bruinrode ketel
met tentakels als van een inktvis staat op een drukbevolkt strand, maar niemand
merkt het ding op, behalve een jongen die er kroonkurken zoekt voor zijn
verzameling. Hij aarzelt, maar neemt het ding dan mee naar huis, wil het later
naar het Ministerie van Restjes en Overschotten brengen, en levert het uiteindelijk
af op een plek waar nog meer dingen staan. Tot hier het surrealistische verhaal
dat vast de fantasie van jonge kinderen prikkelt. Wie al wat ouder is en de
tijd neemt om de drukke pagina’s grondiger te bestuderen ontdekt in de
bruinrode tekeningen op achtergronden van krantenpapier of uittreksels uit wetenschapsboeken
ook een portie maatschappijkritiek. Voor de middenpagina plaatste Tan het ding in schilderijen van Edward Hopper en John
Brack die hij naschilderde.
Voor kinderen vanaf 6 jaar en volwassenen.
****
-Koningskind/ Karen
Curé: 1975. Er is een nieuwe leerling in het zesde leerjaar, Florentine. Ze
komt uit Burundi en zou de dochter van een prins zijn. Van in het begin klikt het
niet tussen haar en Leentje, het hoofdpersonage van dit boek. Ook met de nieuwe
juf, die met twee met maten en twee gewichten weegt, heeft Leentje het
moeilijk. Ze komt in opstand. Dan is Leentjes hond spoorloos, valt het kersttoneel in duigen door een
overstroming en blijkt een naburig dorp nog erger onder water te staan. Er
gebeurt ontzettend veel in dit verhaal wat ten koste is van de spanningsboog.
Soms klinkt het ongeloofwaardig. Dit boek moet het dan ook meer van de
schrijfstijl hebben. Curé weet de
sfeer van de jaren zeventig ontzettend mooi neer te zetten in korte zinnen, met
prachtige beelden en vergelijkingen, veel suggestie en op tijd en stond wat
humor.
Voor kinderen vanaf 11 jaar en ‘meisjes’ die zelf kind
waren in de jaren zeventig.
***