Als het leven wiebelt, bieden woorden een houvast


Als het leven wiebelt, bieden woorden een houvast.

Het leven wiebelt. Soms slingert het zacht heen en weer, zoals een kind op een schommel. Misschien geef je het dan, net als dat kind, vol vertrouwen een extra duwtje, en ga je almaar hoger. Maar het leven kan ook wankelen, een kant op waggelen die je helemaal niet uit wil. Of het kan danig schudden en schokken, zodat je grondvesten daveren.
Op al deze momenten zijn er woorden.
WiebelWoorden zoekt ze samen met je op.
Omdat woorden helpen herinneringen te bewaren en belevenissen te delen. Omdat woorden een houvast bieden. En omdat het bijzonder prettig is woorden aan papier toe te vertrouwen.

Op dit blog vind je vooral woorden terug die binnen in mij wiebelden. Die zich puzzelden tot een anekdote, verhaal of gedicht.
Wiebel tijdens het lezen gerust mee op hun ritme.

vrijdag 7 december 2012

Vijfenveertig (42)

Het medisch centrum

Net als in de klas zitten we hier in rijen. Maar anders dan in de klas hebben we onze jas aan over ons ondergoed. Dat is puffen. Mijn andere kleren hangen op de rugleuning van mijn stoel. Ze vallen er voortdurend af. Als ik de zoveelste keer rechtsta om ze op te rapen kijkt onze juffrouw me boos aan. Ik steek mijn neus maar snel weer in mijn boek.
‘Nummers 10 tot 15!’ roept een verpleegster dan.
Samen met enkele klasgenootjes loop ik naar haar toe. Ze toont Nadia de kamer waar ze binnen mag en zegt ons even te wachten in de gang.
‘Warm, he!’ klaag ik tegen Martine.
‘Amai,’ zucht ze en steekt daarbij haar tong heel ver uit haar mond.
We giechelen.
‘Stil daar,’ klinkt een schelle stem uit de kamer.
Even later trekt Martine nog gekkere bekken. We lachen weer.
‘Is het daar genoeg in de gang?’ Opnieuw de schelle stem.
We persen onze lippen op elkaar. Wat later fezelen we toch weer. En nog een beetje later klinken onze stemmen zelfs weer iets harder.
Plots staat een vrouw met een zilveren haardos vlak naast me. ‘ Genoeg had ik gezegd.’ Haar ogen vlammen vuur. Ze duwt me in een hoek van de gang. Martine mag met haar mee. Pas als ik heel zeker weet dat ze in de kamer zijn verdwenen, durf ik mijn hoofd naar Diane en Anita om te draaien. Maar iets zeggen doen we niet meer.
Als de vrouw klaar is met Martine moet ik met haar mee. Ik voel me heel klein. Ik heb het nog warmer dan in de wachtzaal.
‘We zullen eens horen of het hier even goed gaat als in de gang,’ grijnst ze. Ze zet een koptelefoon op mijn hoofd. ‘Als je een piep hoort, steek je je hand op.’
Ik hoor bijna nooit ‘piep’. Om de vrouw niet nog meer van streek te brengen steek ik mijn hand maar op goed geluk op. Haar grijns wordt alsmaar groter.
‘Hier had je minder noten op je zang, he,’ lacht ze me uit, als ze de koptelefoon weer van mijn hoofd neemt.
In de wachtzaal buig ik me terug over mijn boek. Het is zo warm dat ik me onwel voel, maar ik durf het niet tegen onze juffrouw te zeggen.
Na een hele tijd roept de verpleegster me weer. Ze brengt me naar de dokter. Hij is een oude man, grimmige man. Zijn gezicht is bleker dan dat van meter toen ze heel erg ziek was.
‘Doe’d uwe frak uit!’ gromt hij.
Mijn handen beven als ik mijn rits omlaag trek.
De dokter kijkt dwars door me heen. Ik krijg het er koud van. Hij draait mij met mijn rug naar hem toe. Zijn hand wrijft over mijn rug. Ik krijg het nog kouder. Hij zet me op de een tafel en klopt dan met een hamertje op mijn knie. Daarna moet ik weer rechtstaan, dicht bij hem. Hij trekt even aan de rek van mijn onderbroek en loert erin.
‘Goed,’ grolt hij, ‘Frak aan!’
Ik mag weer naar de wachtzaal, weer mijn gewone kleren aandoen.
Oef, het is voorbij.

Meer over mijn vijfenveertigdagenproject lees je hier.

4 opmerkingen:

  1. Daar hou ik ook slechte herinneringen aan over, Veerle...
    Wat kunnen ze kinderen toch aandoen... ?!
    Lie(f)s.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. bah, wat een nare herinnering hé, idem hier!
    wel zo beschreven dat ik het weer helemaal voel als toen...
    ben een beetje aan het bijlezen, en er zitten pareltjes tussen, die over je meter vind ik erg mooi bijvoorbeeld...
    groetjes van hier

    BeantwoordenVerwijderen
  3. inderdaad, zo ging dat vroeger en er was niemand die zich daar vragen bij stelde.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dezelfde herinneringen aan het 'medisch onderzoek', vreselijk vond ik dat.

    BeantwoordenVerwijderen

Als het niet lukt hier te reageren en je toch graag je zegje wil doen, mag je altijd een woordje achterlaten op www.bloggen.be/sprokkels.

Dank voor je reactie!